De tienkampen
Zesde ronde
woensdag 22 januari 2020
Berend van Maassen staat op veilige afstand te kijken. Hij heeft zojuist een vuurpijl losgelaten: h2-h4-h5 en daar wil hij zelf zijn vingers niet aan branden. Maar zoveel is duidelijk: hij heeft er zin in vandaag. Dichterbij zijn de meningen verdeeld. Mag dit allemaal en kan dit niet verboden worden?
Gaan we nog analyseren, vraagt Berend voorzichtig. Zijn tegenstander aarzelt even, maar stemt dan toe. De zachte glimlach, die de pijn maskeert, maakt hem tot een heer.
23 januari 2008
Evert Haasbroek gaat de rustdag in met de onwaarschijnlijke score van zes uit zes. De roep tien tien tien onder zijn supporters is niet van de lucht. De rest doet het met wat minder. Na de rustdag volgen nog drie ronden, waarin de prijzen verdeeld worden. Verrassenderwijs doet daaraan ook Stefan Jorritsma mee. Hij heeft drie en een half uit zes in zijn groep 4 en staat daarmee vlak achter de koploper. Ook heel goed doet Han Jansen het in groep 3, ook met drie en een half punt. Heel moeilijk daarentegen heeft Dennis Bruyn het in groep 2. Hij is vorig jaar gepromoveerd, maar loopt nu spitsroeden. Aan de concentratie zal het niet liggen. Ruim voor het begin van de ronde zit hij vaak al achter zijn bord. We kunnen hem niet steunen, want hij zit in het afgepaalde gedeelte van de zaal. Hij scoorde twee remises, tegen Albert Termeulen uit Leiden en tegen Jacob Woge Nielsen uit Kopenhagen. Uw correspondent tenslotte is duidelijk aan rust toe. Hij verloor vandaag pardoes twee pionnen en kon toen ternauwernood met een va banque aanval het vege lijf en een half punt redden. Het is wat hem betreft steeds meer transpiratie en steeds minder inspiratie, ook op deze plek. Tot vrijdag dus.
Humeur
Het gaat goed met mijn schaker, tenminste op het schaakbord. Hij veegt ze er af. Sommigen werken zichzelf meteen al in de nesten alleen maar omdat ze hém tegenkomen, zegt hij. Ik kan dat niet controleren, want ik schaak niet, uit principe. Iemand moet toch het hoofd koel houden? Maar nu slaan de zenuwen toe. Iedereen wil de koploper verslaan.
“Waar is mijn tas?” roept hij. “Je hoeft pas over een uur weg, hoor.” “Ja maar, ik wil NU weten waar m’n tas is!” Die ligt gewoon op z’n plaats, tenminste op de plaats die ik er een poosje terug voor verzonnen heb, toen ik de kast opruimde. “Zal ik nog eens koffie zetten?” probeer ik. Pas na twee keer vragen komt er een gemompeld antwoord. Oei, het toernooi begint op zijn humeur te werken. Als hij nou maar niet zijn gevoel voor humor verloren is, want dat vinden vrouwen de belangrijkste eigenschap van een man, is uit onderzoek gebleken. We zullen het gauw genoeg merken als hij dit stukje onder ogen krijgt.