Vleermuis 123


Wie es leuchtet en De oesters van Nam Kee zijn boeken uit Noortjes boekenkast. Als ik ergens kom en ik voel mij thuis dan maak ik soms een foto van de boekenkast. Ik zou liever de persoon van wie de boekenkast is fotograferen, maar die durf ik het meestal niet te vragen. De boekenkast is al moeilijk genoeg. Ik ontfutsel iemand een geheim. Maar zo’n foto geeft ook iets van mij prijs. Daar moet ik voor oppassen.

Bij Noortje stond ook Ik mis alleen de Hema in de boekenkast. Dat was toen zij in Berlijn woonde. Nu woont ze al weer heel lang in Amsterdam en mist ze de Hema niet meer. Ik wel.

Mijn zwager heeft het mij uitgelegd. Met een paperclip. Die wordt steeds dunner en zuiniger. Daar is over nagedacht, denkt hij. In de fabriek van de Hema wordt overal wat vanaf gehaald. Ik weet niet of het waar is. Je moet er eens duizend wegen, zegt hij, dan weet je het. Daar denk ik dan weer over na. In de Breestraat van Beverwijk is het restaurant van de Hema opgeheven. We dronken er altijd een kop koffie met een tompoes. Is niet meer. Dat is een duidelijker voorbeeld, vind ik.

Ik fiets door de Jan Pieter Heijestraat in Amsterdam en moet wachten voor het stoplicht bij de Kinkerstraat. Ik sta naast de Hema en maak een foto. In plaats van het boek.

Zie je nou?