Vleermuis 139

Sjaak kwam in 1969 bij ons clubje. Hij paste totaal niet. Hij was veel te lang en van een ongecompliceerdheid waar wij totaal geen raad mee wisten. De enige school waar hij op had gezeten was de sportschool. Hij was een neef van Ben. Ben had een auto waarmee we van Amstelveen naar Zandvoort reden om een vuurtje te stoken op het strand, of naar Loosdrecht voor een weekendje zeilen. Sjaak ging mee, maar paste niet in de auto. Dus kwam hij met het scheurijzer, zoals hij zijn bromfiets noemde. Het was geen gezicht. In Loosdrecht wilde hij heus wel met ons zeilen, maar niet te lang. De rest van de tijd lag hij te slapen. Maar ook het tentje dat we voor hem hadden meegenomen was te klein. Zijn voeten staken eruit. Op de boulevard in Zandvoort liet hij zien wat hij op school had geleerd. Met het grootste gemak hield hij twee meiden omhoog. Daar keken we wel van op. Als we een feest hadden in het jeugdhuis achter de Johanneskapel hing hij het visnet en de ballonnen op. Opeens was hij weg. Jammer, want het was een aardige gozer.