Vleermuis 65



Ik hou er mee op. Die oude Weenink Posten moesten maar weer eens terug naar Bram Janssen. Ik heb er genoeg van en Vandattus ook. Vooral nadat hij een keer heel gemeen over ons geschreven had. De een was te sloom, de ander te lui, te laf, te dik, te goor, hij werd er misselijk van. Maar toen hebben we hem wel een poepje van eigen deeg laten ruiken.

We waren met zeven man in twee auto’s en reden rondjes door Zaandam. De achtste was “op eigen gelegenheid”. Zoals gewoonlijk konden wij het speellokaal niet vinden. De straatjes en de pleintjes begonnen ons aardig de keel uit te hangen. En steeds als we het opnieuw probeerden passeerde ons een motorrijder. Het was een bespottelijk klein mannetje op een bespottelijk grote motorfiets. Bij het derde rondje herkenden we hem. Het was onze achtste man! Hij wees op zijn voorhoofd. Het was Vandattus! Kon niet anders. Bij het vijfde rondje kwam hij ons van de andere kant tegemoet. Hij maakte met beide handen los van het stuur een gebaar van: waar zijn jullie nou mee bezig? Wij sloegen een zijstraatje in dat we nog niet gehad hadden. Omdat het eigenlijk niet mocht. Eenrichtingsverkeer. Hij moest nu teveel dingen tegelijk doen. Handen aan het stuur, schakelen, afremmen, bocht nemen. Ons ook nog op het bord wijzen had hij beter niet kunnen doen. We hebben de wedstrijd uiteindelijk toch nog gespeeld, maar met z’n zevenen. Ging prima. En nooit meer last gehad.

Schaakvereniging Weenink 1931-2002

Wie echt iets wil weten over Weenink leze het boekwerk “Schaakvereniging Weenink 1931-2002” dat Ron Faber en Ton de Vries samenstelden nadat Weenink gefuseerd was met Pat Mat. Of het eerder gememoreerde Schaakclub “Weenink” (50 jaar Weenink) samengesteld door Frans Koopman. Het eerste is te vinden in het Max Euwe Centrum. Het tweede is een collectors item.



***