Koningsclub–Castricum
Een paar weken geleden kwam Piet van Wonderen van de Schaakvereniging Castricum bij mij langs gefietst met het clubblad “De Schaakbode” van december 1982. Dat was naar aanleiding van mijn verhaal over de wedstrijd van Weenink tegen de Koningsclub in 1985. Ook Castricum had (een beetje) dwarsgelegen op het pad dat de Koningsclub voor zichzelf hakte op weg naar boven, getuige het verslag van Jo Clarijs.
Verslag
In de Kennemer Sporthal te Haarlem moesten wij tijdens de grote schaakhappening op 16 oktober 1982, ter gelegenheid van het vijftigjarige bestaan van de NHSB, aantreden tegen de “profclub” van Pagel.
Vorig jaar speelde ons tweede achttal tegen hen en het werd in eigen huis 0-8! Bij deze gelegenheid schreef Rob Hartoch in het Parool van 27 februari 1982 onder meer “De Koningsclub van de heer Pagel uit Bergen, uitkomend in de eerste klasse van de Noordhollandse Schaakbond, zet zijn opmars naar de hoofdklasse van de KNSB gestadig voort. Verrassend is dit geenszins, want ons eerste achttal bestaat uit louter internationale (groot)meesters en subtoppers!”
Nu verloor de Koningsclub in de promotieklasse tegen Castricum meteen al 2½ punt in één wedstrijd en dat zullen ze niet leuk gevonden hebben! Het werd 7½-2½ met twee verliespartijen en één remise, die Rob Hartoch aan het eerste bord zelf aanbood!
Trouwens, hun organisatie was in het begin al slecht. Een kwartier na de gongslag stonden er drie borden, waar ze als “thuisclub” zelf voor moesten zorgen! Na een half uur wachten waren er nog maar acht borden en waarom werden hun klokken niet aangezet? Nu, die waren er niet! Een speech van de heer Pagel of van de wedstrijdleider Marcus kon er niet af, evenmin als een gratis consumptie! Dat zijn de heren profschakers bij ons in De Kern wel anders gewend. Maar Pagel schijnt naar werd gezegd de hele happening in Haarlem te hebben bekostigd! Dus alles maar vergeven, maar niet vergeten, want we willen deze heroïsche strijd van onze eigen amateurs graag vastleggen, compleet met partijen.
R. Hartoch – Hans Molenbroek ½-½; J. de Lange – Ger Holsteijn 1-0;
P. van der Weide – Cas Amende 0-1; J. Marcus – Robert van der Wal 1-0;
D. van Geet – Fred Kok 1-0; H. Wieringa – Kees Lute 1-0;
A. de Savornin Lohman – Willem Pool sr. 1-0; B. Gutman – Willem Meijer 1-0;
P. Coen – Gerard Baars 1-0; J. van der Zwan– Jo Clarijs 0-1;
Ook al wonnen de profschakers zeven partijen, gemakkelijk ging het niet! Alleen Baars ging na een misser in de opening snel ten onder. Maar Holsteijn, Van der Wal, Pool en Meijer hielden lang stand, evenals Lute. Fred Kok had snel een eindspel met lichte stukken tegen Van Geet en één pion minder, die hij niet terugzag en na lange strijd verloor ook hij. Amende en Clarijs hadden aan het eind van de avond plotseling gewonnen, terwijl Molenbroek dus allang klaar was met remise.
Partijen
Jo Clarijs verslaat een tegenstander die kennelijk geen remise mag maken van zijn baas en vervolgens ernstig de weg kwijt raakt. Het commentaar bij de zetten is (op één voorbeeld na) weggelaten, het vertekent de zaak te veel in het voordeel van zwart. En aan het eind, zo tussen de veertigste en vijftigste zet, zullen beide spelers in tijdnood zijn geweest: de wederzijdse fouten stapelen zich dan op. Maar het uiteindelijke resultaat mag er zijn.
(Over Clarijs, hij is er jammer genoeg al een tijdje niet meer, heb ik ergens eens het volgende stukje gelezen en bewaard. Het gaat over een optreden tijdens het Corustoernooi van 2006 en het misstaat hem niet: “J.C. Clarijs, een 84-jaar oude, gezonde en stijlvolle heer met een enorme liefde voor het spel. Hij schijnt veel openingskennis te hebben, maar is kennelijk ook tactisch sterk én niet bang: in een eerdere ronde heeft hij een groepslid van het bord geofferd vanuit de opening. Binnen het uur werden er twee stukken op de koningsstelling geworpen en kaboem!”)
*
Maar dit keer steelt Cas Amende toch echt de show. Hij stijgt boven zichzelf uit. Zijn op papier veel sterkere tegenstander (het verschil is meer dan 450 ratingpunten) komt er eigenlijk niet aan te pas. Het commentaar van de witspeler (en in sommige gevallen van Clarijs) heb ik laten staan, omdat het hier hout snijdt.